Figuur1 600 x 450

Zwanen in het Noorderplantsoen

Dit artikel is geplaatst in Groeningen 2017-2, het blad van de IVN Groningen-Haren

Wat een mooi gezicht is het: een paar knobbelzwanen of zwarte zwanen in het park. Statig zwemmen ze rond, de knobbels vaak met sierlijk omhooggehouden vleugels. Deze grote vogels kunnen aardig wat algen op, ze begrazen ook de waterkant en tussendoor snebberen ze graag een broodje uit het water.

Figuur1 600 x 450 Familie knobbelzwaan, Hora Siccamasingel, 14-06-2017     Foto Jan Faber

Bijgaande foto is gemaakt aan de Hora Siccamasingel waar momenteel een paar (halfwilde) knobbelzwanen met zes donsjongen rondzwemt. Vorig jaar kregen ze vier jongen groot. In de eerste helft van februari gingen die hun eigen weg, met een pootring om ze te kunnen volgen. Ook het Noorderplantsoen heeft vanouds vaak zwanen geherbergd. Niet voor niets staat er een gestyleerde knobbelzwaan in het logo van de Buurtvereniging Noorderplantsoen.

Figuur2   Logo Buurtvereniging Noorderplantsoen

Parkbezoeker André vertelt dat hij als schooljongen ’s winters wel eens een dubbeltje kreeg als hij een vastgevroren zwaan bij de gemeentelijke vogelopvang aan de Noorderbinnensingel bracht. In de 90’er jaren hebben geruime tijd zwarte zwanen in het Noorderplantsoen gewoond. Die hebben meermaals aan de Grachtstraat genesteld. 

In oktober 2009 wordt bij het 20-jarig bestaan van de Buurtvereniging Noorderplantsoen opnieuw een paartje zwarte zwanen uitgezet. Helaas wordt binnen een maand het vrouwtje doodgebeten door een hond. Het mannetje wordt teruggehaald naar Hofganzen (van Trizin Hof, hofganzen.nl, die de ganzen en zwanen in Groninger parken beheert namens de gemeente).

Figuur3 600 x 360 Trizin Hof zet een zwarte zwaan uit in 2009         Foto Ana Buren

Bij het 25-jarig jubileum van de Buurtvereniging krijgt het park een paar knobbelzwanen. Voor een park zijn knobbelzwanen een meer praktische keuze omdat die makkelijker met parkgenoten overweg kunnen dan de eenkennige zwarte zwanen. En gelukkig houden deze vogels het dit keer wat langer vol in het park. Het vrouwtje is aanvankelijk heel schuw: ze blaast al van grote afstand naar langslopende honden en taalt niet naar brood. Ook valt op dat haar rechtervleugel een ‘steekvleugel’ is (ook wel ‘draaivleugel’). Met een of twee van zulke vleugels kan een vogel niet vliegen. Na de rui groeien de handpennen steeds aan in een verkeerde hoek. Door ze bij te knippen heeft ze er minder last van. Deze zwaan kan zich wel ‘watertrappelend’ met hulp van de vleugels verplaatsen, maar hoogte kan ze er niet mee krijgen. Gelukkig zijn knobbelzwanen niet per se afhankelijk van vliegen. Ze kunnen eigenlijk alleen met een vrije startbaan van een meter of twinig opstijgen.

Vanaf begin april 2014 weten deze twee zwanen zich aardig aan te passen aan hun nieuwe leefgebied. Vanaf dag 1 zwemt het mannetje vaak dreigend op de parkganzen af, die dan een veilig heenkomen op de kant zoeken (en zelfs op straat bij de Oranjesingel). Het is voor het machtsevenwicht goed dat die parkganzen voorjaar 2014 succesvol broeden (vijf van de zes uitgekomen jongen worden groot). Sindsdien verdedigen ze zich feller tegen de uitvallen van de zwaan en ontstaat een vreedzaam samenleven. Is ook deze zwanenvrouw gaan broeden? Natuurfilmer Hilco Jansma (van de film Noorderplantsoen uit 2015) filmt in de eerste maand een paring en in mei is wekenlang alleen de man te zien! Pas begin juni is ze weer terug, maar zonder jongen, vermagerd en nog schuwer dan ze aan het begin was. Het mannetje probeert daarna nog een parkganzennest uit in de buurt van de Zwarteweg.

Figuur4 600 x 450 De knobbelzwaanvrouw met steekvleugel, 24-03-2015     Foto Jan Faber

Gaandeweg begint ook het vrouwtje zich steeds meer op haar gemak te voelen. Ze wil met gestrekte nek wel een stukje brood aanpakken. De man is vaak onhebbelijk en pakt haar regelmatig bij de nekveren als hij vindt dat zij voor haar beurt eet. Opvallend is dat ze regelmatig tientallen meters uit elkaar zijn. Je hoort ze wel naar elkaar roepen. Ze zijn elkaar niet kwijt. Meestal verblijven ze in de vijver tussen Nassaulaan en Kerklaan, maar ook de andere vijvers worden bezocht.

Het is leuk om te merken dat ze een aardig klankrepertoire hebben. In het Engels heten knobbelzwanan Mute swan: zwijgende zwaan, want in tegenstelling tot andere zwanen laten zij zelden tonale roepen horen. Met een soort klikken en raspen communiceren ze met elkaar. Een mooi (begroetings)ritueel dat je regelmatig bij deze zwanen ziet is dat ze met opgezette nekveren en de snavel in de lucht de nek strekken en een raspgeluid maken, met de vleugels gespreid.

Figuur5 600 x 471    Begroetingsceremonie        Foto Ana Buren

In het voorjaar van 2016 is duidelijk wel sprake van een broedpoging: het paar maakt een nest aan de Grachtstraat in de buurt van de Kleine Bergstraat. Er worden twee eieren gelegd. Buurtbewoners spannen een netje zodat honden er niet dichtbij kunnen komen. Vreemd is wel dat het nest niet steeds bebroed wordt. Volgens sommigen zit het vrouwtje soms ’s avonds verderop op straat. Een drama voltrekt zich als zij op 26 mei ’s ochtends dood gevonden wordt in het water in de buurt van het nest. De eieren worden nog meegenomen om te kijken of ze uitgebroed kunnen worden. Het mannetje blijft van slag achter.

Na een maandje zet Trizin Hof een nieuwe knobbelzwaanvrouw uit zijn vogelopvang uit. Dit is een nogal kleine vogel met de code P44 in de snavel getatoeëerd. Op filmbeelden van Hilco is te zien dat ze bij de eerste kennismaking met gedekte vleugels voor het mannetje uitzwemt. Deze match blijkt niet gelukkig te zijn en zij zit na enige tijd meestal in de buurt van de Zwarteweg, terwijl hij in de meer zuidelijke vijvers bivakkeert. Zij is sowieso niet zo vaak in het water te vinden. Misschien houdt ze meer van gras en brood dan van algen? In de zomer waagt zij de oversteek langs de man en duikt op in het Reitdiep, waar ze in de buurt van de Rubensstraat gezien wordt.

Eind augustus lijkt het tijd voor Eind goed, al goed. Nu is een nieuwe partner voor de man uitgezet die in elk geval wat grootte en temperament betreft goed bij hem past. Nu zijn de zwanen meestal binnen een paar meter van elkaar te vinden en tonen ze regelmatig begroetingen en roepen naar elkaar. Het lijkt een mooie herkansing na twee minder gelukkige matches. Het is een prachtgezicht als ze tussen de installaties van Noorderzon zwemmen. Lang zullen ze leven.

En toch ‘leefden zij ook niet lang en gelukkig’. Want ook deze zwanenvrouw steekt op een gegeven moment over van de zuidelijke plantsoenvijver naar het Reitdiep. Ongeveer drie maanden nadat ze in het Noorderplantsoen kwam (eind november) zie ik haar bij de Wilhelminakade zwemmen. Er zijn mensen die de zwanen over en weer naar elkaar hebben horen roepen. Maar de man blijft zitten waar hij zit. De vrouw zit tegenwoordig met een nieuwe man in het Reitdiep ter hoogte van de Watermanflat. De man uit het Noorderplantsoen is teruggehaald naar de opvang. Hij schijnt daar ook binnen no time een goede partner gevonden te hebben. Ik moet het nog zien…

Moeten we tot een volgend jubileum van de buurtvereniging wachten tot er een nieuwe poging wordt ondernomen om zwanen in het plantsoen uit te zetten? Trizin gaat het niet meer aan, zeker als het hondenbeleid zo blijft als het nu is.

Ik ben jaloers op de bewoners van de Hora Siccamasingel!

Jan Faber


Geplaatst

in